Zwarte vogels vallen niet op in de schemering zou je denken. Maar het kabaal van een zwerm kauwen en roeken in de buurt kan je niet ontgaan. In Wageningen telde ik in de schemering zo’n 700 kauwen en 100 roeken op de Campus.
Hier verzamelen ze voor het slapen en dat is een uitgebreid sociaal ritueel, zoals een borreluurtje aan het eind van de dag. Er komen steeds meer groepjes vogels, het hoge ka-ka van de kauwen en lage krò-krò van roeken is niet van de lucht. Als er weer een groepje aankomt zwelt het geluid aan, en soms gaan alle vogels even op de wieken om te hergroeperen. Misschien maken ze plaats voor de nieuwe vogels? Dan neemt het geluid even wat af totdat er weer een groep aankomt, of een groep meent dat er even weer moet worden gevlogen. Kauwen zijn behendige vliegers die een gezamenlijke vliegshow kunnen geven zoals ook spreeuwen dat kunnen. Doen ze dat voor de lol, vertelt het zwermpatroon iets, moeten vijanden worden afgeschrikt? Roeken zijn wat te log voor dat synchroonvliegen en zwermen er meer als losse satellietjes omheen. Verstaan die kauwen en roeken elkaar ook? Het lijkt wel of de roeken een soort van leiding hebben. Zij vliegen als eerste boven de echte slaapplaats rond, zeker een kwartier lang, met een continue stroom van hun lage krassende krò. Als het al helemaal donker is komt er opeens een aanzwellend gekwetter uit de groep, ze stijgen op en gaan naar de echte slaapplaats, het Dassenbos aan de rand van de Campus. Maar daar gaan de snaveltjes nog lang niet toe, er wordt nog lang doorgepraat. Waarover? Houden ze de wacht over het Dassenbos? ‘Weet je trouwens wel dat dit een oude bosgroeiplaats is?’ ‘Vertel mij wat’, zegt de buurman, ‘mijn overgrootvader ligt hier nog bedolven onder het blad. De wormen kennen hem wel. Ik hoop dat de mensen hem een eeuwige rustplaats gunnen.’ ‘Zal die weg nou echt wegblijven uit het bos?’ ‘Ga nou maar rustig slapen!’
Geplaatst in de Gelderlander 8 februari 2023